Gerritschinkel.nl Columns & meer

31aug/170

Nos da comrade – Peter Bruntnell

De Britse singer-songwriter Peter Bruntnell wordt op 26 januari 1962 geboren in Wellington (Nieuw Zeeland). In 1963 verhuist het gezin Bruntnell, oorspronkelijk afkomstig uit Wales, weer naar het Verenigd Koninkrijk en vestigt zich in Kingston Upon Thames. Later woont Peter Bruntnell ook nog enige tijd in Vancouver (Canada), maar begin jaren ‘90 keert hij weer terug naar de UK en vormt de band Milkwood. Maar al snel begint Bruntnell een solocarrière en maakt hij een aantal platen met Matt Backer en Felix Harper als de Peter Bruntnell Combination. In 1995 verschijnt van deze band het debuutalbum Cannibal. In de jaren daarna blijven er regelmatig albums verschijnen. In 2005 komt Ghost in a spitfire uit, een album dat door critici als een meesterwerk wordt beschouwd. Peter Bruntnell mag Peter Buck (REM), Willy Vlautin (Richmond Fountaine), Jay Farrar (Uncle Tupelo, Son Volt), John Murry en Kathleen Edwards tot zijn bewonderaars rekenen.

In 2016 verschijnt Nos da comrade, door Bruntnell zelf geproduceerd en opgenomen tussen februari en juni 2015 in zijn eigen huisstudio. Nos da comrade  is geen Portugese titel maar betekent in het Welsh ‘goedenacht kameraad’. Nos da comrade is afgelopen maand ook in Nederland uitgebracht. Het album begint met de melodieuze Tom Petty achtige protestsong Mr. Sunshine, een protest tegen Donald Trump die een Schots vissersdorp liet ontruimen om er een golfbaan aan te leggen. Toen dit nummer werd opgenomen had Trump nog niet eens de nominatie voor president van de USA binnen. Een lekker begin van het album. End of the world is een mooi liedje, alleen zang en gitaar, over de virtuele wereld van internet. Het tempo gaat daarna omhoog in het lekker rockende Rain stars. De gitaristische gashendel in de stijl van Crazy Horse wordt vervolgens open getrokken in het bijna 9 minuten durende Yuri Gagarin, een song over een jongetje dat droomt dat hij  Gagarin is, de Russische kosmonaut die in 1961 de eerste mens in de ruimte was. Na het ingetogen en lichtelijk psychedelische Dance of the dead, volgt het iets stevigere Where the snakes hang out, met een strakke ritmesectie en mooie backingvocals. Fishing the flood plain is een fraaie gitaarpopsong over de wateroverlast in Somerset van de winter van 2013-2014. Peak operational is weer stevige powerpop en de folky ballad Long way from home is een song over nostalgie. Lekker melodieus gitaarwerk is te horen in het uptempo Long way down from a cloud. Het album eindigt subtiel met het trieste liefdesliedje Caroline.

Conclusie: We hebben er in Nederland een jaar op moeten wachten, maar nu is het mooie album Nos da comrade gelukkig ook hier verschenen. Het was het wachten waard. Een fraai album.

Tracks:

  1. Sunshine
  2. End of the world
  3. Rainstars
  4. Yuri Gagarin
  5. Dance of the dead
  6. Where the snakes hang out
  7. Fishing the flood pain
  8. Peak operational condition
  9. Long way from home
  10. Long way down from a cloud
  11. Caroline

Line up

  • Peter Bruntnell – zang, gitaar
  • Mick Clews – drums
  • Peter Noone – bas
  • James Walbourne – gitaar
  • Dave Little – gitaar
  • Dai Godwin – backing vocals
  • Peter Linnane - strings
28aug/170

Het gevecht van de eeuw

Er was op sportgebied het afgelopen weekend weer genoeg te beleven. Iedere liefhebber kwam min of meer aan zijn trekken. Zo’n 80.000 oranje uitgedoste supporters waren zingend en vol goede moed naar Francorchamps vertrokken voor een volgende episode van de Max Mania. Maar voor de zoveelste keer moesten ze ontgoocheld constateren dat de techniek hun idool voor de zoveelste keer in de steek liet. Na acht ronden stond hen het huilen nader dan het lachen.

Hockeyfans konden hun geluk niet op want Nederland werd maar liefst twee keer Europees kampioen. De vrouwen waren soeverein, maar de mannen dreigden eerst weer tegen een zeperd aan te lopen, maar uiteindelijk werden de Belgen na een fraaie inhaalrace af geserveerd.

In Gouda was er de Goudse Derby Dag, een voetbalontmoetingsdag tussen teams van De Jodan Boys en Olympia. Een leuk initiatief, maar ik blijf toch met enige weemoed verlangen naar het Gouda Zes Sterren Toernooi, het jaarlijkse toernooi waaraan alle zes Goudse voetbalclubs deelnamen.

Yuri van Gelder viel voor de zoveelste keer van zijn voetstuk. Hij miste de limiet voor het WK turnen. Zijn hoogtijdagen liggen nu echt achter hem. Een gastoptreden van de ‘lord of the rings’, zoals tijdens het Goudse Sportgala een aantal jaren geleden, zit er vrees ik voor hem ook niet meer in.

Maar het meest spraakmakend was natuurlijk ‘The money fight’, het boksgevecht tussen de gepensioneerde bokser Floyd Mayweather en de getroebleerde Ierse kooivechter Conor McGregor. Miljoenen kijkers hebben zich verlustigd aan dit primitieve schouwspel. Bloeddorstige aanmoedigingen en commentatoren die zich als oorlogsverslaggever gedroegen. ‘Het gevecht van de eeuw’ werd dit miljoenenbal genoemd. Als dat echt zo is zijn we de komende 83 jaar van dit soort opgefokte ‘sportwedstrijden’ af.

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
21aug/170

De kunst van het juichen

Nauwelijks is de ophef over de giftige korrels verstomd of de discussie over kunstgras laait weer op. Voetballers klagen steen en been en er zijn er zelfs die weigeren bij een club die kunstgras heeft te voetballen. Coaches, oud-spelers, internationals en aanvoerders hebben een petitie getekend tegen kunstgras.

In het amateurvoetbal komen steeds meer kunstgrasvelden. De Jodan Boys en DONK hebben helemaal geen gras meer. Veel pupilletjes weten niet beter dan dat gras voor de koeien is en niet om op te voetballen. Een vereniging als Olympia heeft een hoofdveld dat zich in december in zo’n deplorabele toestand bevindt dat zelfs mollen er niet meer willen wonen. Een kunstgrasmat is hier volgens velen de oplossing.

Behalve nostalgie (‘je moet het gras kunnen ruiken’) speelt geld een belangrijke rol. De meeste amateurvelden zijn eigendom van de gemeenten en die kijken vooral naar het kostenplaatje. Het sportieve element speelt hier volgens mij geen rol. Hoe dan ook, niet iedereen staat te juichen.

Over juichen gesproken, dat wordt ook steeds gevaarlijker. Doelman Warner Hahn van Heerenveen juichte bij een doelpunt zijn schouder uit de kom en is een paar weken uitgeschakeld. Spits Nicolai Müller van Hamburger SV was zo blij met zijn doelpunt dat hij juichend tegen de cornervlag aan viel en een zware kruisbandblessure opliep. Zeven maanden uit de roulatie. Dan kun je, hoewel ik dat altijd een merkwaardige actie vind, in zo’n geval beter je shirt uittrekken en een gele of een rode kaart incasseren. Of een radslag maken, in trance het hele veld over rennen en je desnoods onder een berg medespelers laten bedelven. Op zich ook niet ongevaarlijk allemaal en zeker niet op kunstgras Juichen is ook een kunst.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties
14aug/170

Een wielergek land

De vakantie zit er weer op. Helaas, want ik had nog wel een tijdje aan de Vlaamse kust willen vertoeven. En hoewel ik met pensioen ben, roept de plicht weer, ondanks het feit dat veel mensen denken dat je als pensionado alleen maar vrije tijd hebt. En dus eigenlijk constant met vakantie kunt gaan. Niets is minder waar, maar je hoort me niet klagen.

Zoals ik vaker heb laten doorschemeren in mijn columns, heb ik mijn hart verpand aan
België. Ook dit jaar heb ik weer twee weken genoten in De Panne aan de Vlaamse kust. Zon, zee, lekker eten en drinken, cultuur opsnuiven; alles is mogelijk. Uiteraard ook van sport genoten. Via internet de verrichtingen van Boy Vogelzang en Aafke van Leeuwen gevolgd. Nogmaals proficiat met die prachtige prestaties. En op tv uiteraard de Nederlandse voetbalvrouwen, Ranomi Kromowidjojo en Dafne Schippers.

Maar België, en met name Vlaanderen, is vooral een wielergek land. Zo was ik zelf bij het jaarlijkse dernycriterium in Lombardsijde, georganiseerd door good old Freddy Maertens. Wereldkampioen cross Wout van Aert was een van de prominente deelnemers. Evenals de nieuwe Belgische kampioen Oliver Naesen en Jasper Stuyven, de toprenners die een week later in de top 5 van de BinckBank Tour zouden eindigen. Het was feest in het Vlaamse kustplaatsje waar de enthousiaste toeschouwers ook genoten van een nostalgische rit van renners in mooie retroshirts van Molteni, IJsboerke, Flandria, Gitane en TI Raleigh. Met prijzen als: een hele hesp, een kilo witte of zwarte pens of een fles champagne. Terug in de tijden van Eddy Merckx, Eddy Planckaert, Briek Schotte,  Herman van Springel, Walter Godefroot, Lucien van Impe en José de Cauwer. Mooie tijden.

 

Gearchiveerd onder: Columns, Dé Weekkrant Geen reacties